Eerste hulp voor starters
   © 2016 Lerarenopleiding Thomas More (Mechelen)      
  • Home
  • Info
    • Wie?
    • Contact
  • De school
    • Leerkrachten zijn wij >
      • Wanneer ben ik een mentor?
    • Onderwijsnetten
    • Onderwijskoepels
    • Schoolbestuur
  • De leerlingen
    • Bewegingstussendoortjes
    • Rouw en verlies
    • Sociale vaardigheden
    • Leren leren
    • Zorg op school >
      • Zorgcontinuüm >
        • Brede basiszorg in de klas
    • Zorgverleners >
      • Belangrijke termen
    • Leerstoornissen
    • Differentiëren >
      • Hoe ga ik er mee om?
      • Binnenklasdifferentiatie
    • Werkvormen >
      • Leerlinggestuurde werkvormen >
        • Voorbeelden werkvormen
        • Voorbereiding groepswerk
    • Welbevinden >
      • Voorwaarden
      • Signalen
      • Stimuleren >
        • De 3 dimensies
        • Beloningssystemen
        • Straffen
    • Betrokkenheid >
      • Signalen
      • Stimuleren
    • Pesten >
      • Waar let ik op?
      • No-Blame methode
      • HERGO
      • Vijfsporenaanpak
    • M-Decreet
  • Klasadministratie
    • Register >
      • Hoe werkt het?
      • Hoe vul ik het in?
    • Agenda >
      • Voor de leerkracht
      • Voor de leerling
    • Weekrooster >
      • VVKBaO
      • GO!
    • Jaarplanning
    • Leerlingendossier >
      • Inhoud
      • Inzage
      • Bewaringstermijn
      • F.A.Q.
    • Rapport >
      • Functies
      • Werkwijze
      • Aandachtspunten
    • Multidisciplinair overleg >
      • Voorbereiding MDO
      • Verloop MDO
    • Organiseren >
      • Infoavond
      • Oudercontact
      • Schooluitstap
    • Lijsten
    • Noodgevallen >
      • Brand
      • EHBO
  • Klasinkleding
    • Tijdlijn
    • Klasschikking
    • Archiveren
    • Dagplanning
    • Jaaroverzicht
    • Takenbord
    • Kalender
    • Werkjes van de leerlingen
    • Naar ieders wens
  • Links
    • Rekenen
    • Taal
    • Wereldoriëntatie
    • Muzische Vorming
    • Frans
    • Godsdienst
    • Lichamelijke Opvoeding
    • Bewegingstussendoortjes

Brede basiszorg in de klas

De eerste fase van het zorgcontinuüm is brede basiszorg. Als leerkracht zorg je voor kwaliteitsvol onderwijs door een krachtige leeromgeving te realiseren. Fase 0 is met andere worden de basisdidactiek. Hoe beter je als school je brede basiszorg uitbouwt, hoe minder leerlingen nood hebben aan een uitbreiding van zorg of verhoogde zorg. Voor de concretere invulling van brede basiszorg baseren we ons op het zorgsysteem van het Katholiek basisonderwijs.

Krachtige leeromgeving

Krachtige leeromgevingen zijn leersituaties die sterk uitdagend zijn. Ze bevatten veel doe-activiteiten, probleemsituaties die aangepast zijn aan het niveau van de leerling of leerrijke inhouden. Bij zulke leeromgevingen voelen leerlingen zich maximaal betrokken. Krachtige leeromgevingen kenmerken zich door enkele didactische principes: een positief, veilig en rijk leerklimaat; betekenisvol leren; rijke ondersteuning en interactie.
Foto

Een positief, veilig en rijk leerklimaat

In een veilig pedagogisch klimaat ontwikkelen leerlingen een realistisch en positief zelfbeeld en wordt de positieve ingesteldheid verhoogt. Als leerkracht houd je daarom zo veel mogelijk rekening met het ontwikkelingstempo, de individuele mogelijkheden en de achtergrond van elke leerling.
Je stelt ambitieuze, realistische en haalbare doelen en gelooft in de groeimogelijkheden van elke leerling. Je legt de lat hoog voor iedereen!

Leerlingen hebben nood aan een warme, veilige en geborgen omgeving en moeten zich goed voelen om optimaal te functioneren. Daarom creëren we een leeromgeving waarin alle leerlingen zich goed voelen. Door open te staan voor ideeën, meningen en de gevoelswereld van elke leerling, bevorder je de intrinsieke motivatie van de leerling. Dit zal leiden tot meer succeservaringen die motiveren en uitnodigen tot verder exploreren, leren en ontwikkelen.

Concreet:
  • Leerlingen ontwikkelen niet gelijk. Vergelijk leerlingen tijdens een evaluatie niet alleen met anderen, maar kijk ook naar hun eigen vorderingen.
  • Tijdens oudercontacten peil je naar de thuissituatie van de leerling. In de klas houd je daar rekening mee.
  • Je toont aan de leerlingen hoe en wat je kunt leren uit fouten die je maakt.
Welbevinden

Betekenisvol leren

Vanuit de na te streven en te bereiken doelen van het leerplan zorg je als leerkracht voor werkelijkheidsnabij onderwijs. 
Als leerkracht houd je rekening met de beginsituatie van de leerlingen. Je erkent en benut de aanwezige kennis waar je nieuwe inzichten aan koppelt. Aanschouwelijkheid, zoals het gebruik van ICT, is belangrijk om betekenisvol leren te ondersteunen. 
Ook zinvol doelgericht werken is van groot belang. Het is vaak beter om wat soberder om te springen met doelen. Eén of twee goed gekozen (dominante) doelen verhogen de kans op zinvol doelgericht werken.

Bewaak enerzijds dat je onderwijs niet steeds op inhoudelijke doelen gericht is. Ook leerstrategieën en affectieve componenten van het leerproces zijn belangrijk. Let er anderzijds op dat je leerinhouden voldoende uitdagend en verrijkend zijn voor kinderen. Creëer daarom een leeromgeving waarin leerlingen nieuwe levenservaringen kunnen opdoen.

Betekenisvol onderwijs betekent ook dat wat kinderen leren voor hen functioneel is. Ze ervaren het nut van het nieuw geleerde (taakgericht onderwijs) of ontdekken waar ze het geleerde kunnen inzetten (de transfer naar andere, vaak buitenschoolse, situaties maken).

Rijke ondersteuning en interactie

Een rijke ondersteuning aanbieden doe je door gepaste werk- en groeperingsvormen te kiezen, horizontale en verticale banden te leggen tussen de leerstofonderdelen en de leerlingen te laten samenwerken. Een flexibele klasorganisatie laat toe het geleerde individueel, interactief of coöperatief te verwerken tijdens oefenmomenten. Een gevarieerde aanpak vermijdt eenzijdigheid. Naar gelang van het soort competentie dat je op het oog hebt, kies je voor een bepaalde aanpak.

Als leerkracht kun je verschillende vormen van hulp en ondersteuning toepassen in de klas. Onderstaande technieken helpen je het leerproces van de leerling te coachen en te richten. Ze zijn toepasbaar in alle leergebieden.

  • Probleem identificeren: Je probeert te achterhalen wat de leerling niet begrijpt of niet kan.
  • Probleem signaleren: Je gaat met de leerling na wat fout is in een bewerking, wat een ontbrekende link in een redenering is, welke informatie in een verslag ontbreekt.
  • Probleemoplossing in kleinere stapjes organiseren: Je structureert het oplossingsproces door met kleine denkstappen te werken, ondersteund door materiaal.
  • Impulsiviteit doorbreken: Je kalmeert de te sterke emotionele reactie van de leerling op zijn onvermogen om een taak op te lossen.
  • Motivatie en zelfvertrouwen verhogen: Je moedigt de leerling aan, bevestigt, geeft complimentjes.
  • Samen kennis construeren en onderhandelen: Je denkt hardop mee, stelt bijkomende vragen om de leerlingen verder te doen nadenken, stelt mogelijkheden voor die de leerlingen beoordelen, laat tekenen en handelen met materialen.
  • Uitleg geven: Je licht toe, legt uit, brengt inzichten onder woorden, gebruikt (beeld)materiaal en media.
  • Concretiseren en contextualiseren: Je toont een concreet voorbeeld of materiaal of zoekt er samen met de leerling naar, waardoor de leerling het nieuwe kan plaatsen in of linken aan het gekende.
  • Terugverwijzen en verbanden leggen: Je herinnert de leerling aan een principe, een eerder voorbeeld, een schema of materiaal, een vorige les of activiteit.
  • Structureren van oplossingsmethode: Je herinnert de leerling aan een oplossingsmethode of algoritme of laat de leerling het hardop verwoorden, stappen tekenen of uitvoeren met materiaal.

Leren gebeurt niet altijd geïsoleerd maar ook in interactie met anderen. Via interactieve en coöperatieve werkvormen werk je ook aan het leefklimaat. Ze bevorderen de verbondenheid en het respect van de leerlingen voor elkaar. Door regelmatig terugblik-gesprekken te houden, bevorder je de kwaliteit van het samenwerken. 
Samenwerkend leren is een middel om het leren te verbeteren op cognitief en op sociaal vlak. Het is belangrijk dat je leerlingen leert samenwerken met alle klasgenoten. 'Tutoring' bijvoorbeeld beoogt intensieve ondersteuning van leerlingen door andere leerlingen.
Bronnen:                                                                                                                                                                                                                           De Vos, L., & Van Loock, L. (2014). Begeleiden van kinderen 4A: Brede basiszorg: Algemeen deel. Mechelen: Thomas More [interne publicatie].

http://www.vclbdewisselantwerpen.be/pdf/8.15.VadZorgVvKBaO.pdf
Powered by Create your own unique website with customizable templates.