Leren leren
Leren leren is meer dan alleen leren studeren. Het is ook leren hoe je zelfstandig informatie kan verwerken en ook toepassen. Om zelfstandig te kunnen leren is het belangrijk dat kinderen enkele leervaardigheden onder de knie hebben.
Probleemoplossend denken
NIET: Oefeningen oplossen naar analogie van een vorige oefening.
WEL:
WEL:
- Overzicht geven van alle geleerde oefeningen.
- Bij een oefening laten zoeken naar de kenmerken van het probleem. Bv.: maalteken.
- Het type probleem bepalen. Bv.: vermenigvuldigen van breuken.
- Nadenken over de manier waarop je dit soort oefeningen oplost. Bv.: tellers vermenigvuldigen en noemers vermenigvuldigen.
- Het probleem oplossen aan de hand van het algoritme.
- Evalueren door bijvoorbeeld te vergelijken met de schatting, de omgekeerde bewerking uit te voeren, voorgaande stappen te controleren, …
- De begeleider verwoordt eerst zelf de denkstappen en voert de opdracht zelf uit (het kind volgt mee).
- De begeleider verwoordt nog zelf, maar het kind voert uit.
- Het kind begeleidt zichzelf luidop en voert uit.
- Het kind begeleidt zichzelf fluisterend en voert uit.
- Het kind stuurt zichzelf innerlijk en voert uit.
Plannen en organiseren
Zorg voor regelmaat in het klas- en schoolgebeuren. Als leerlingen weten wat hen te wachten staat, staan ze hier ook beter voor open en kunnen ze zich hier al op voorbereiden. Een vaste dagstructuur biedt kinderen structuur waarbinnen ze beter kunnen leren. Daarnaast kan je hen ook al begeleiden in het maken van een vast weekschema voor thuis. Hiervoor stel je bijvoorbeeld een weekschema op met alle weekdagen en alle uren. Hierbij kunnen leerlingen dan bijvoorbeeld in verschillende kleuren aanduiden wat ze doen op dat moment van de dag. Bv.: Rood voor schooltijd (en verplaatsing van en naar school), Geel voor wekelijkse vaste activiteiten zoals sport, muziekschool, bezoek aan oma elke woensdag, … Voor de andere vakjes kan het kind autonoom beslissen wat het wil doen. Zo kan het ook beslissen wanneer het voor school zal werken, dit kan dan bijvoorbeeld in het oranje worden aangeduid. Ideaal zou het zijn als er een horizontale strook zou ontstaan, want dat betekent een dagelijkse regelmaat.
Leerlingen weten ook vaak niet wat ze moeten doen met teruggekregen materialen. Daarom is het belangrijk om hier enkele zaken op aan te brengen, zodat de leerlingen zelf kunnen organiseren.
Hier vind je ook enkele tips:
Plan zelf ook voldoende pauzes in tijdens de lessen. Kinderen kunnen zich niet uren aan een stuk concentreren. Doe af en toe eens een bewegingstussendoortje en laat de kinderen ook tijdig naar buiten gaan tijdens de speeltijd. Tijdens de speeltijd zet je ook best even het raam van de klas open, zodat er terug frisse lucht in de klas kan en zodat je na de speeltijd terug fris kan starten.
Leerlingen weten ook vaak niet wat ze moeten doen met teruggekregen materialen. Daarom is het belangrijk om hier enkele zaken op aan te brengen, zodat de leerlingen zelf kunnen organiseren.
Hier vind je ook enkele tips:
- Deel papieren van rekenen uit tijdens de les van rekenen. De leerlingen hebben dan meestal het materiaal al voor zich liggen waar ze de papieren kunnen sorteren.
- Plaats de naam van het vak steeds op de papieren (dit kan ook een letter zijn).
- Geef ook aan de hoeveelste taak het is. Zo kan je snel zien of je alles hebt.
Bv. Rekenen – Huistaak 5 – Omtrek van veelhoeken.
Plan zelf ook voldoende pauzes in tijdens de lessen. Kinderen kunnen zich niet uren aan een stuk concentreren. Doe af en toe eens een bewegingstussendoortje en laat de kinderen ook tijdig naar buiten gaan tijdens de speeltijd. Tijdens de speeltijd zet je ook best even het raam van de klas open, zodat er terug frisse lucht in de klas kan en zodat je na de speeltijd terug fris kan starten.
Memoriseren
Het is belangrijk om kinderen met zoveel mogelijk zintuigen dingen te laten leren. Iedereen leert op een andere manier. Sommigen kunnen zich iets beter herinneren als ze iets gelezen hebben, anderen als ze iets gehoord hebben, gedaan hebben, … Zorg voor een breed aanbod, zodat iedereen mee kan. Veel mensen vinden het makkelijker om iets te onthouden als het ook gevisualiseerd werd. Je hoeft dit ook niet allemaal tegelijkertijd aan te bieden. Je kan bijvoorbeeld bij een herhalingsles iets op een andere manier aanbrengen, zodat de leerlingen de leerstof op 2 verschillende manieren gezien hebben. Dit is tevens ook goed voor integratie van de leerstof.
Structureren en schematiseren
In hogere leerjaren kan je leerlingen ook schema’s leren maken. Hierbij is het belangrijk dat ze stap voor stap te werk gaan. Veel oefening is nodig om snel een duidelijk schema te kunnen maken. Hier zijn enkele tips die je met je leerlingen kan meegeven.
- Duid belangrijke zaken aan in de tekst: kernwoorden, signaalwoorden, …
- Noteer de hoofdzaken en hun verklaring.
- Formuleer zoveel mogelijk in eigen woorden.
- Gebruik korte zinnen.
- Werk zoveel mogelijk per alinea.
- Let ook op verbanden tussen alinea’s. Deze zijn vaak aangeduid door de signaalwoorden.
- Verander niets aan de oorspronkelijke volgorde van de tekst.
- Zorg dat het schema ordelijk en overzichtelijk oogt.
- Maak gebruik van vaste symbolen. (Niet alleen pijltjes.)
Evaluatie
Kinderen leren veel over zichzelf door evaluatie. Ze moeten duidelijk weten wat voor jou goed is en wat niet. Het is dus belangrijk dat je goede feedback geeft naar kinderen toe. Doe dit op regelmatige basis en niet pas met het rapport zelf. Je kan leerlingen ook zichzelf laten evalueren. Wat vinden zij van hun proces en van het resultaat? Komt dit overeen met jouw idee? Waar liggen verschillen? Hoe zouden ze het in de toekomst beter kunnen aanpakken? Wanneer kinderen hier zelf over nadenken, zijn ze aan het leren over leren.